Het Matteusevangelie1. Kerkvaders (Origenes, Eusebius, Hiëronymus) delen ons mee dat hij zijn evangelie voor de joodse-christenen geschreven heeft opdat ze een wapen hadden, sterk genoeg tegen hun landgenoten die weigerdente Jezus te erkennen als de Messias. Daarom is zijn werk gevuld met profeties (22!) telkens begeleid door deformule "opdat vervuld zou worden wat de profeet heeft voorzegd". Men vindt talrijke Arameeseuitdrukkingen zonder enige verklaring alsof ze voldoende verstaanbaar waren: Emmanuël, rabbi, raka,gehenna, mamona, korbona. Hij zegt dat de Zoon van Maria Jezus zal genoemd worden omdat Hij Zijn volkvan hun zonden zal verlossen. Nu, dit is alleen verstaanbaar voor lezers die weten dat 'Jezus' in hetHebreeuws 'Jahweh is redding' betekent. Zijn verhaal van Petrus' verloochening veronderstelt dat zijn lezersde bijzonderheden kennen die het spreken der Galileeërs onderscheidt van dat van Judea. Daarom schreef hijzijn evangelie in het Aramees en vertaalt het daarna in het Grieks voor zijn landgenoten in de verstrooiing,die minder en minder het Aramees beheersten. Hij veronderstelt dat de lezers op de hoogte zijn der joodsegewoonten, in het bijzonder die van Palestina.2. Zijn doel is verbonden met zijn kring van lezers: de joodse-christenen wilden vooral de verhoudingtussen het jodendom en het evangelie kennen. Ze moesten weten dat het evangelie er de voortzettingvan is maar ook waarin beiden verschillen. Tenslotte moest men hen uitleggen dat de farizeeën Jezus tenonrechte hebben verworpen en dat het volk door hen op een dwaalspoor was gebracht.Hij gebruikt voortdurend het argument van de profetie, hetgeen voor de joden een onweerlegbaar bewijsis. Zijn doel is apologetisch: te bewijzen dat Jezus de beloofde en verwachte Messias is. Hij verzint niets:hij heeft mirakelen weggelaten die hij had kunnen gebruiken en verschillende keren past hij een tekst van hetOT toe op een feit van het leven van Christus volgens een methode die aantoont dat het niet de profet...