Benoît Standaert: De Jezusruimte, Tielt, Lannoo, 2001 (extracts)1. Einde van Matteus: het plechtige decreet waarmee de Verrezene zijn leerlingen toespreekt op een hogeberg in Galilea. De 3 regels (28,18-20) tonen een opmerkelijke gelijkenis met het edict van Kores datwaarmee het OT afgesloten wordt (2 Kron 36,22v). De scène herinnert ook aan het einde van de Torah waarMozes vanaf de berg Nebo het beloofde land aanschouwt (Dt 34). We ontleden de 3 slagzinnen:- 'Alle macht is mij gegeven in de hemel en op aarde'. De verrezen Jezus omspant dus de gehele tussenruimtevan hemel en aarde en heerst over de verticale ladder die van boven tot beneden reikt. Voortaan zijn beideruimtes van 'hemel' en 'aarde' constant in wisselwerking met elkaar (cf. Mt 16,19; 18,18; 9,6-8; vgl. 6,10:'Uw wil geschiede op aarde als in de hemel’.- 'Zie, ik ben met jullie alle dagen tot aan de voleinding van de wereld'. Hier eindigt alles in pure nabijheid,niet meer verticaal uitgedrukt, maar horizontaal, niet meer in de ruimte, maar in de tijd, niet meer vanuit deoorsprong (vgl. Mt 1,1-17), maar naar de absolute toekomst, toe. Deze nabijheid ('Ik ben met jullie'.)herinnert aan de naamgeving die Jezus in het begin van Matteus met bijzondere nadruk vanuit Is 7,14ontving: 'Men zal Hem de naam Immanuel geven. Dat is in vertaling God-met-ons'.- ‘Ga dus en maak van alle volkeren leerlingen, door hen te dopen ... en door hen al wat ik jullie hebvoorgeschreven aan te leren.' De zending van de elf betreft niets minder dan alle volkeren. Iedere lezer magzich dus aangesproken weten. Het nieuwe leerlingschap bestaat uit een dubbele vorming: een ritueel-mystiekmoment, met het doopsel in de Naam; en een leerstellig-ethisch moment: het onderricht dat bij Matteusneerkomt op de originele herinterpretatie die Jezus doorvoert van de Torah en de profeten. Alles is er liefde,en anders niet (cf. 22,37-40; 7,12).En een mystiek moment: de nieuwe leerling wordt ondergedompeld in het water en dit voltrekt zich 'in denaam v...
21
0