Jan Grootaers: De spanningen rond het huwelijkhoofdstuk van Gaudium en Spes enhet aandeel van prof. V. Heylen in het redactiewerk daarvan, 155-77, hier: 169-774. De 3e lezing en de behandeling der Pauselijke Modi (half nov. - begin dec. 1965)Tussen 21 en 28.11.1965 zullen de voorvallen van de crisis rond de zgn. pauselijke modi zo kort op elkaarvolgen dat het moeilijk valt zich in te denken wat het Concilie in de tijdspanne van slechts 1 week doorwor-steld heeft. Bij de aanvang van het revisiewerk was er reeds een 2e, meer omvangrijke toevoeging gebeurdvan een 12-tal leden der Pauselijke Commissie in de sub-commissie van het Concilie. De Pauselijke commis-sie was echter zelf verdeeld en de kwestie der methodes tot geboorteregeling bleef onttrokken aan de be-voegdheid van Vaticanum II; anderzijds bevond de concilietekst over het huwelijk zich reeds in een 2e le-zing, die door 2/3 der concilievaders was goedgekeurd en dus, volgens de normen van het Concilie, nietmeer vatbaar voor substantiële wijzigingen.Het was in deze omstandigheden dat Mgr. C. Colombo, persoonlijke raadgever van de Paus, het verzoekdeed om een extra-conciliaire beraadslaging te houden waarop zowel de subcommissie als de PauselijkeCommissie uitgenodigd werden. Dit gemeenschappelijk overleg, dat op zondag 21.11.1965 doorging, wasvooral bedoeld om de door heel wat bisschoppen met aandrang gestelde vraag te behandelen: indien het ker-kelijk gezag zich heden in een situatie van twijfel bevindt t.a.v. de beoordeling der middelen tot geboortere-geling, welke houding moet dan worden aangenomen door de verantwoordelijken van de praktische zielzorg.Deze pastorale bezorgdheid bleef al de volgende dagen op de achtergrond van de crisis hangen en zal waar-schijnlijk ook de geestesgesteldheid van de H. Vader sterk beïnvloed hebben. Maar algemeen gaf deze verga-dering maar weinig voldoening. In deze omstandigheden en nadat de 3e lezing van Schema XIII in de voltal-lige Mixta in behandeling was genomen, kwam dan op...
248
0