J. SALSMANS, s.j.: DE BIECHTHOOFDSTUK I. DE BIECHT, DOOR CHRISTUS INGESTELDGod was altijd tot erbarmen bereid, als de zondaar met goede gevoelens tot Hem terugkwam. Hoe dikwijlsschonk Hij vergiffenis aan het joodse volk, al te zeer geneigd tot afgoderij en genotzucht! Toch is het vooral inen door Christus dat Zijn barmhartigheid uitstraalt. Minzaam ontving Deze de rouwmoedige zondaars enzondaressen (Lc 7,48; Jo 8,11): nergens in heel het evangelie staat een hard woord tegen hen. Hij zei: "Er zalmeer vreugde in de hemel zijn om één zondaar die zich bekeert dan om 99 rechtvaardigen die geen bekeringnodig hebben" (Lc 15,7). Zelf oefent Hij de macht uit de zonden te vergeven tot bewijs van ZijnGodsgezantschap (Mt 9,6). Dat waren heerlijke voortekens van de bevoegdheid die Hij aan Zijn Kerk zoutoevertrouwen tot schuldvergeving. Een macht volstrekt verschillend van de zielenzuivering in het doopsel,daar ze bij wijze van oordeel uit te oefenen is. Christus immers verklaarde aan de apostelen in het algemeen(Mt 18,18) en aan Petrus in het bijzonder (16,19): "U zal ik de sleutels geven van het rijk der hemelen; en alleswat gij zult binden op aarde, zal ook in de hemel gebonden zijn, en alles wat gij op aarde zult ontbinden, zalook ontbonden zijn in de hemel." Zo wordt die bevoegdheid de sleutelmacht genoemd.Het was op de dag zelf van Zijn verrijzenis dat Hij het sacrament der biecht instelde. "In de avond van diezelfdedag... kwam Jezus en plaatste zich in het midden en zei hun: Vrede zij u... zoals Mij de Vader heeft gezonden,zo zend Ik u. Na deze woorden blies Hij over hen en zei: Ontvangt de H. Geest: wier zonden gij vergeeft, hunzijn ze vergeven; wier zonden gij behoudt, hun zijn ze behouden." (Jo 20,19) Deze tekst is één der weinigewaarvan de Kerk plechtig de zin heeft bepaald: volgens het Concilie van Trente (Sess.14, can 3) bedoelde onzeZaligmaker de macht tot vergiffenis der zonden, zoals de Katholieke Kerk het altijd verstond. Ook tegensommige modernisten heeft in de ...
105
0